Wetenswaardig

Figuratie en theater op en rond de wagens

In het huidige Corso zien we dat bij vrijwel alle wagens gebruik wordt gemaakt van figuratie. Dit is tegenwoordig een belangrijk onderdeel van de gehele presentatie in de parade. Dit is echter niet altijd zo geweest.

Figuratie is volop aanwezig op de wagens in de jaren 60. De jury heeft echter geregeld kritiek, met name op de kleding en 'beeldingsvaardigheid'. De figuratie is zeer statisch, figuranten (meestal dames) zwaaien hooguit het publiek toe. 'Alleen figuratie als het onderwerp erom vraagt', aldus de jury.

Figuratie verdwijnt in de jaren 60 dan ook langzaam uit het Corso en wordt een echte uitzondering.
Zo zien we in 1980 op de wagens van Hazestraat en Oruva nog enkele figuranten.

Halverwege de jaren 90 zien we de figuratie terugkeren. Uit een extern onderzoek naar vernieuwing in het Corso blijkt dat het publiek meer vermaak verwacht in de optocht. De wagens moeten aantrekkelijker, boeiender en levendiger worden.
Begin jaren 90 wordt de Werkgroep 99 opgericht, die hiermee aan de slag gaat. Er komen nevenactiviteiten op en rond het parcours op corsozondag en ook het theatrale aspect in de optocht wordt tot ontwikkeling gebracht.

Tijdens het eerste thema-corso in 1994 ('Verhalen van vrijheid'), zien we ook voor het eerst weer figuratie. Dit is op en rond de wagen 'Tjoklat for mama, cigarets for daddy' van buurtschap Leenderweg. Deze wagen beeldde op een erg letterlijke wijze de intocht van de bevrijders aan het einde van de oorlog uit. De figuranten zijn de feestende mensen die de bevrijding vieren.
In het volgende jaar, 1995, zien we bij meerdere wagens figuranten, maar bij alle wagens lopen zij mee met de wagen in een bij het onderwerp passend tenue. Geïntegreerd in het ontwerp, op de wagen, zien we nog nergens.
Over het algemeen is dit in 1996 ook nog zo, maar heel voorzichtig zien we toch wat figuranten bij en op de wagen verschijnen. Zo zien we bij de wagen 'De Tentoongestelde Mensch' van buurtschap Crescendo een omroeper voor op de wagen die bezoekers naar het circus moet lukken. We kunnen hier voor het eerst spreken van een echt functionele toevoeging van een figurant aan de wagen.
Bij de wagen van buurtschap Hazestraat 'A la Da Vinci' duwen de figuranten de wagen aan de buitenkant voort. Ook dit is nieuw in het Valkenswaardse Corso.

In 1998 komt er een noviteit in het Corso: voor het eerst komt er een wagen waarbij vele figuranten een grote rol spelen en een complete act opvoeren. Het thema van dit Corso is 'In Beweging' en buurtschap Oud Dommelen komt met de wagen 'Spelen der Wijs'. Twee wagens. één met een hand en de ander met een opdraaisleutel en een grammofoonspeler. Één groep figuranten brengt de hand naar de sleutel, welke vervolgens de sleutel opdraait waarop de grammofoon begint te spelen.
De andere figuranten, de muzikanten beginnen dan ook met hun muziek. Na een tijdje, wanneer de opgedraaide veer zijn spanning verliest, komt alles weer tot stilstand, waarna de gehele act weer opnieuw kan beginnen.
De jury kent het buurtschap de eerste prijs toe en noemt 'Spelen der Wijs' een echte vernieuwer.

In 1999 wordt de Theaterprijs ingevoerd, welke door buurtschap Stadsebergen met 'De vloek van Raspoetin' wordt gewonnen.
Vooral in het Corso van 2000 ('Bach, Burgers en Buitenlui') zien we een professionalisering van figuratie en theater op en rond de wagens. De figuranten krijgen nu steeds meer een functie, lopen er niet zo maar meer bij.

Ook zorgen steeds meer buurtschappen voor een totaalplaatje; figuratie is een wezenlijk onderdeel van de gehele presentatie op het parcours. De professionalisering van theater en figuratie op en rond de wagen heeft wel zijn tijd nodig, maar jaar na jaar zien we verbetering.

De wagen ' Samba da Dahlia'  van buurtschap Wilhelmina in 2001 springt eruit. De sambadanseressen zijn volledig geïntegreerd in en om de wagen.
De wagens hebben een stoet van wel 75 meter lang.

In de jaren daarna hebben vrijwel alle wagens theater op de wagen, al is het niet noodzakelijk.
Figuratie en theater hebben nu, in tegenstelling tot de jaren 60, een definitieve plaats veroverd in het Corso.
Het is niet meer weg te denken en voegt een 'verlevendiging' toe aan de optocht. Publiek wordt meer vermaakt en er soms ook bij betrokken.
Er komt wel een ontwikkeling op gang dat de wagens soms wat al te veel verworden tot een decor voor de figuranten, waardoor ze na het Corso op het plein wat 'uitgekleed' over komen. Dit is een consequentie van de grote nadruk op figuratie.
De mening overheerst echter dat het gaat om de presentatie van de wagens in de optocht. In 2014 wordt de jurering hierop aangepast.
De Pleinprijs (wagen voor de optocht op het plein zonder figuratie) verdwijnt en de wagens worden alleen nog gejureerd in de optocht, mét theater en figuratie.

> Terug naar index Wetenswaardig